zaterdag 26 mei 2012

Dag 10, 45 km, De queeste volbracht

Deze morgen zorgeloos opgestaan. Vandaag rest ons nog een goede 30km te gaan. De lucht is regenzwanger, dus besluiten we voor dit laatste stuk te starten met de regenkledij over onze fietskledij heen. De traditie wil blijkbaar dat de pelgrim onderweg zijn zorgen achterlaat, en net voor hij de stad binnen komt, zich ook van stof ontdoet. Jacobus moet gedacht hebben dat de moderne pelgrim lak heeft aan traditie, en heeft zelf het initiatief genomen. Nauwelijks een paar km weg en we krijgen de volle lading. Water valt met bakken uit de hemel, terwijl het parcours nog steeds van het ene "klimmetje" naar het andere golft. We rijden de hele tijd doorheen grote eucalyptusbossen. Door de regen gaan deze bossen aangenaam geuren. Momenteel is alles groen, maar de brede brandgangen tussen de partijen bos, verraden dat het zomers heel droog kan worden, en er gevaar voor bosbrand is. Gelukkig bleef het zacht waardoor het enige ongemak de volgelopen fietschoenen zijn. Uiteindelijk krijgen we in de verte de torens van de kathedraal te zien. Dit was en is voor de vele duizenden pelgrims het teken dat het einde van de reis nabij is. Nog even doorbijten. Als ware het de ultieme test brengt een steile klim over natte glibberige kasseien ons naar het hart van de stad. In de stadspoort staat naar oeroude traditie een doedelzakspeler de pelgrims op te wachten bij hun laatste stappen voor ze op het grote plein voor de kathedraal Sint-Jacob te zien krijgen die hoog van op de toren al de emoties stilzwijgend overschouwt. Hier valt een traan nauwelijks te onderdrukken, en samen met vele andere pelgrims, overvalt ons een gevoel van voldoening. Zovele nationaliteiten, uit alle uithoeken van de wereld komen hier samen, en delen op de een of de andere manier het mystieke gevoel dat al zovele eeuwen bestaat. Al gauw komt ook de heimwee naar de voorbije tocht, naar de belevenissen onderweg. Tevredenheid over het welslagen, maar spijt dat het voorbij is. Nu pas durven we elkaar bekennen dat we vertrokken zijn met veel vragen over het welslagen van de reis. En al snel laat zich de vraag naar een vervolg horen. Voor de echte pelgrim eindigt de reis pas zo'n 30 km verder bij de zee, waar hij volgens de traditie zijn schoenen in de zee moet gooien. Na het oppikken morgenvroeg van de huurauto waarmee we naar ons startpunt moeten terugkeren, rijden we ook naar Cabo finisterre, het einde van de wereld, maar niet om onze fietsen in de zee te gooien, daarvoor hebben ze ons veel te goed gediend, maar om nog even weg te dromen voor de terugreis aan te vatten.

vrijdag 25 mei 2012

Dag 9, 73km, Bijtende honden blaffen niet !

De stralende hemel buiten spreekt het weerbericht tegen. Er wordt zwaar weer voorspeld, maar we hebben geen keus. De auteur van de gids die we gebruiken heeft het in zijn beschrijvingen over allerlei varianten van bergop : een klimmetje, steil, een klim tussen 7 à 9 %, golvend terrein, korte klim. Als hij zo begint weten we het intussen al, het gaat omhoog en blijft omhoog gaan. Ik verdenk de man ervan de laatste editie met een elektrische fiets te hebben gereden. Zo hebben we veel nederlanders gezien, die ons gezwind voorbij gingen, tot onze verbazing, tot ik achter op de fiets de batterijen zag liggen. Ze doen graag boete, maar niet te veel. In de loop van de voormiddag reed ons zo een Nederlands koppel ( met veel tijd noemen ze daar een gepensioneerde)voorbij. Na 2 uren fietsen zien we in de verte een heel snel donker wordende hemel, en kort daarna ging het waaien en viel de temperatuur met 10 graden, reden auto's met lichten, en zaten we in de nevel. Het werd gelukkig niet erger, en door de krachtige wind ging de lucht snel weer kleuren. Het landschap werd nu gedomineerd door bossen, een mengeling van ranke eucalyptus bomen en eiken. De gids leidde ons via binnenwegen naar Santiago en we wilden op zowat 30km halt houden en overnachten. Helaas was dit niet meer het pad van de stappende pelgrim en ontbrak gedurende 10 tallen km elk spoor van een mogelijke overnachtingsplaats. Moe gezadeld en vooral moe geklommen wilden we even tot rust komen in het lokale dorpscafe, en vraag ik de baas of er ergens een overnachtingsplaats te vinden was in de buurt. De man neemt een telefoon, en kort daarop vraagt hij ons om hem met te volgen. Hij begeleidde ons een paar honderd meter verder en volkomen onvindbaar voor de toevallige passant, naar een van de mooiste overnachtingsplaatsen van de hele trip. We worden hartelijk onthaald door een mevrouw die een deel van haar huis zeer smaakvol en modern heeft omgebouwd tot gastverblijf. De ons in de loop van de dag voorbij gefietste elektrofietsers kwamen ook net aan,en bleek dat zij met dezelfde gids in de hand, net zo op zoek waren naar een slaapplaats. We gingen nog even een wandeling maken in het dorp, en daar werd Marijke prompt aangevallen door een kleine hond die met een flinke hap naar haar kuiten (die zagen er na zo'n trip ook op hun best uit)zijn territorium wist te verdedigen. Uit dankbaarheid aan de restaurantbaas gingen we vanavond in zijn restaurant eten, als enige gasten, en kregen op simpele vraag een lekkernij uit Gallicie, pulpo à la Gallego voorgeschoteld. Bijna 850 km hebben we nu gereden, en de ervaring was buitengewoon. Niet zozeer de bestemming maar op deze relatief korte termijn deze afstand op toch geen gemakkelijk parcours, met vooral de honderden andere uitzichten,dorpjes, gezichten, kleuren, enz.. Nooit gedacht dat we op zo'n korte tijd zoveel intense momenten zouden beleven, en eerlijk toegegeven, met een klein hartje vertrokken.

Dag 8, 101 km, Me basta la calor et el alto

We zijn op 200 km van Santiago, en hebben nog 3 dagen. We spreken af van vandaag en morgen grotere stukken te fietsen dan eerder gepland, zodat we zaterdag in Santiago tegen de middag kunnen aankomen. Omdat een gewaarschuwd man er twee waard is, deze morgen vroeg vertrokken. Het beloofde opnieuw een zeer warme dag te worden, en ook vandaag moesten we een aantal passen over waaronder de beruchte alto de Cebreiro. Onze weg slingert zich van de ene vallei naar de andere, en op een bepaald moment rijden we op minder dan 1 km 6 keer over hetzelfde bergriviertje. De autosnelweg doorkruist dezelfde valleien, maar dan soms honderd meter boven ons, gedragen door sierlijke ranke steunen. Je hoort of merkt er nauwelijks iets van beneden. Het landschap gelijkt nu erg op dat van de Ardèche, met veel kastanjebomen waarvan de takken overwoekerd zijn door mos. In deze valleien komt de zon 's winters nooit en blijft het er kil en vochtig tot de zon in de zomermaanden haar plaats verovert. Hoewel je in de media vaak over de verdroging van Spanje hoort praten, is hier water in overvloed.  Het stroomt letterlijk van de rotswanden op zoek naar de riviertjes. Halverwege de voormiddag begint het stijgen opnieuw. We gaan kilometers lang omhoog richting de pas van El Cebreiro, gelukkig nog in een aangename 20 graden.  Het landschap verandert opnieuw en gelijkt nu meer op het Centraal Massief in Frankrijk, maar dan met hogere pieken. Op dat moment geniet ik ( en nu spreek ik voor mezelf ), nog van dit uitdagende spel met de hoogte. Zo'n col of alto bereiken geeft een sportieve voldoening, zeker in deze gepakte toestand. Ik kijk met veel bewondering naar Marijke, die zonder klagen haar queeste draagt. Metertje voor metertje trekt en duwt ze zich omhoog. Ze heeft haar tactiek verandert, en bij het klimmen kijkt ze enkel nog de eerste meters voor zich uit om niet ontmoedigd te geraken voor wat nog komt, en het werkt. Ik moet soms opletten als ik haar opwacht dat ze me niet aanrijdt, zo intens en verbeten is ze met dat klimmen bezig. We picknicken op de hoogte kort na Alto de Polo, en nadien gaat het razendsnel kilometers naar beneden. Meteen vallen we in de hitte die de voorbije dagen Spanje en blijkbaar ook Europa heeft veroverd. De temperatuur klimt boven de dertig. De gids waarop we ons baseren spreekt van klimmetjes.  Uiteindelijk blijkt de namiddag een lange kwelling van klimmen en warmte te worden. Het aantal pelgrims te voet onderweg neemt per dag ook toe. Ze komen terug waar ze het jaar voordien gestopt zijn om uiteindelijk de weg volledig te kunnen afleggen. Nadeel hiervan is dat de hotelletjes en hostals, pensions volgeboekt zijnG tegen dat wij aan onze zoektocht beginnen. De pelgrim te voet begint vaak erg vroeg, vanaf 5 uur hoor je hen vertrekken, maar op het heetst van de dag hebben ze hun dagelijkse portie verwerkt en is het rusten geblazen. Zo komt het dat we finaal toch nog 97 km bij elkaar fietsen, en halt houden in Portomarin. Van dit fraaie stadje werden de belangrijkste monumenten steen voor steen afgebroken en hogerop herbouwd omdat de vallei een stuwmeer, un embalse, werd.  Gelukkig vinden we nog ergens plaats, en uitgeteld geraken met de fietstassen bijna de verdieping niet meer op.  Een douche doet echter wonderen, en wat later kunnen we in de "koelte " op een terras genieten van de zoveelste menu pelegrino del dia.

woensdag 23 mei 2012

Dag 7, 92 km, un ola de calor !

Stralend weer deze morgen aan de start. De etappe waar we het meest schrik voor hebben, en rekening houden met een dipje. We moeten over een pas van 1500m, en we zitten op goed 870m. Het eerste half uurtje was het fris aan de billen, maar vanaf dan begonnen we aan een klim die ruim 29 km zou aanhouden. Gemiddeld tussen de 6 à 9 %,maar met een paar pieken tot 12%. Die 20 kg bagage teveel werd hardstondig vervloekt. Onderweg werden we een paar keer tijdens het rijden langszij "geïnterviewd " door een met de auto caminerend bejaard stel, " en of we al eens de voet aan de grond moesten zetten tijdens de klim ?" Wij gunden hen dit plezier niet en we topten uiteindelijk rond de middag, in een aangename 20 graden. Het cruzo del fer staat op die top als kantelpunt voor de pelgrim. Aan die cruzo del fer is het traditie om iets achter te laten, heel vaak een verwijzing naar het waarom van je trip, of een voornemen. Toen kwam een kilometer lange halsbrekende afdaling, waar je maar best niet aan je materiaal gaat twijfelen. Je laten gaan en toch weer intijds remmen, mijn respect voor die ronderijders wordt nog groter. Beneden bleek de temperatuur intussen 33 graden ! Van uitersten gesproken gesproken : eerder deze week 3 en nu 33 ! Van uit Afrika komt woestijnwind het land schroeien, en spreekt men meteen van een hittegolf, of un ola de calor. Het landschap vandaag was het mooist en meest verscheiden totnogtoe. Naarmate we stegen maakten bomen plaats voor struiken, en op de hoge pas, bloeide de brem en heide, en veranderde de bergen in geel en paars, een uniek gezicht. De geur van bloesems wisselde tussen de bergflora en de aanstekelijke geur van vlier in bloei. In de vallei beneden staat bij een kerkje een werkman water te sproeien, waar ik dankbaar gebruik van maak om onze bidons te vullen met koel fris water. Het kerkje, hoewel nergens vermeld, bleek binnengingen een koele oase van rust en een streling voor het oog. Dit soort ontdekkingen maakt de trip meer dan waard. Het trappen gaat steeds beter, en finaal bouwden we weer wat reserve op voor de resterende dagen, geen luxe gezien de aangekondige aanhoudende hitte. We overnachten in een piepklein gehucht met een Hostal voor pelerinos, en eten doen we nu een paar huizen verderop in een kleine herberg, uitgebaat door een spaanse Hollander, die zowat 10 jaar geleden naar hier kwam per fiets op bezoek bij zijn ouders, en die besliste op deze route een herberg uit te baten voor de pelgrims. Hij bevestigde dat hij de Camino in de laatste jaren zag groeien. Voorheen vooral Belgen, nu vooral Nederlanders komen voorbij. Naarmate het einde nadert, met nog 200 km te gaan, begin ik ook te beseffen dat dit kleine avontuur ineens voorbij zal zijn. Blijven afzien en blijven genieten, daar blijken we allebei nog voor te gaan. Klimmen is vechten, dalen is genieten en je klaarmaken voor de volgende klim.

dinsdag 22 mei 2012

Dag 6, 107 km, O sole mio en Carpe Diem

Vandaag geen reden om over het weer te klagen. Meteen de zon vanmorgen, en geen wind, wat een opluchting. Het werd een aangenaam fietsweer met temperaturen tussen 20 en 25 graden. Goed als opwarmer voor het zware werk van morgen, dan gaan we de flink de hoogte in, en moeten we het grootste hoogteverschil maken van de trip, van 800 m naar 1500 m en dit in meerdere lange klims,en kan de temperatuur nog eens flink oplopen. We zijn vandaag gestart net voor Leon, gekend als een van de mooiste steden van de route, er doorheen gefietst met een bezoekje aan de stad per fiets, en tot in Astorga gereden. In Astorga staat een van de vroege meesterwerken van Gaudi. Het landschap wisselde stilaan van de grote weide vlakte met granen, naar een meer geaccidenteerd terrein. We komen heel dichtbij de uitlopers van het gebergte dat we rechts van ons al heel de tijd zien liggen. De stilte in de vlakte heeft plaats gemaakt voor het gezang van de krekels rondom. Spanje heeft in de voorbije jaren enorm geïnvesteerd in een modern wegen netwerk. Grote autostrades verbinden de provincies en grote steden. Deze autostrades lopen vaak langs de vroegere nationals, en stukken ervan worden gebruikt om slechte stukken van de Camino voor fietsers te overbruggen. Goed onderhouden, en je kan kilometers rijden zonder een auto te zien. Een droom ! 's avonds kan je zo de pelerinos herkennen. Roodbruin en door en weer en wind getaand, een vermoeide stap, en meestal blootsvoets in sandalen om de voeten rust te gunnen. Eigenlijk hebben we totnogtoe weinig fietsers gezien die de dezelfde richting uitgaan. Het is ook niet zo evident om ze in te halen of ingehaald te worden. Voor de meesten (met eigen bagage beladen )blijkt de grens vanaf 80 km per dag te liggen. We moeten toegeven dat de eerste 30 tot 40 km best goed te doen, maar daarna wordt het zitten steeds pijnlijker, het klimmen steeds lastiger. Ons ontbijt nemen we nu steevast onderweg. Zelfs in het kleinste dorpje zijn de "bars" 's morgens vroeg al open, en zit er volk. Onderweg kopen we bij de panaderia een croissant en bij zo'n bar staat altijd wel een tafeltje buiten. En bovendien vindt men het blijkbaar evident dat je zo ontbijt. Vandaag ook in een dorpje ergens nergens gestopt voor onze middag picknick. Op mijn vraag naar een winkeltje voor wat spijs aan te schaffen kwam inderhaast iemand van ergens opgedoken om een klein winkeltje te openen voor deze toevallige passanten die wat kaas en tomaten wilden aanschaffen. Met deze buit naar de enige bar van het dorp gereden, onze picknick samen met een glas wijn en een koele pint genoten onder de bomen bij de kerk.ik ken nu het geheim van een koele pint : bier uit de koelkast, en glas uit de diepvriezer. En de bareigenaar trakteerde me zowaar nog op 2 stukken tortilla er bovenop, en dit alles voor amper 2,5 euro, of waar de tijd bleef stille staan. Met een "bon camino " wuifde hij mijn verbazing weg. Dit leeft in deze regio, en deze wens hoor je telkens je iemand kruist die ook op weg is. Er resten ons nog 4 dagen om 280 km te fietsen, dus de kans op slagen wordt groter. Op de vraag waaraan je dan zo'n ganse dag denkt als je zoveel uren fietst, is het antwoord simpel. Elke kilometer moet onder die banden door, en na een tijd denk je nog alleen aan trappen en kijken.


maandag 21 mei 2012

Dag 5: 95km, Viento, o Viento...

Deze morgen toen we vertrokken was het amper 5 graden, maar droog ! En de hemel liet flarden wolken zien in een helblauwe lucht. We waren opgetogen, de zon zou wel voor de rest zorgen. Het bleek bitter, bitter kou, en dit gevoel werd versterkt door een strakke tegenwind. Het was onze laatste dag om wat reserve km op te bouwen en doel was Leon, zo'n 110 Km, te meer dat we over een plateau heen fietsten met kleine klimmetjes. Was de wind de eerste dagen onze metgezel, vandaag werd hij een echte kwelgeest. Ik begrijp nu dat Cervantes (Don Quichote)en de spanjaarden iets hebben met wind. De hele dag zijn we gegijzeld door wat men in België een stijve bries noemt, pal op kop ! Ons gemiddelde zakte zowaar naar minder dan 14km per uur. Het hele land is bezaaid met windmolenparken. Op elke kam, en aan de horizon zie je gegarandeerd hele rijen windmolens. Deze nieuwe monumenten sieren en ontsieren soms het landschap. Het is een typische uiting van onze krampachtige goed bedoelde initiatieven om onze planeet te redden. Tegen de middag was het beste eraf, en de rest van de namiddag werd het bijten en steeds meer rustpauzes inlassen. In de verte rechts van ons lag parallel een gebergte met toppen nog volop in de sneeuw. Nieuwe metgezel deze middag was een vale gier die kortbij boven ons rond cirkelde maar uiteindelijk toch moest inbinden. De eerste echte ongemakken van gemidddeld 8 uur fietsen per dag laten zich voelen : zadelpijn in steeds hogere graad, ondanks gel in het zadel en een zeemvel in de broek,stijve schouders en een stijve hals, en het steeds stijver worden na een rustpauze. Mijn respect voor de ronderenners groeit met de dag. Finaal beseffen we vanavond dat de reserve die we bijeen gefietst hebben de vorige dagen, ons een klein beetje soelaas gaat bieden voor wat komt, en kunnen we terugvallen naar 80 Km per dag, zonder pech. Maar hip hip hoera, we zijn de helft ruim voorbij. Nog 375 km te gaan. Vanaf morgen klimmen volgens de meteo alvast de temperaturen naar 25 graden. Op het menu 's avonds steevast de menu del pelerino,en afhankelijk van gene of betere kwaliteit.

zondag 20 mei 2012

Dag 4, 95 km. De toorn van God !

Ik mag hopen dat we vandaag de slechtste en koudste dag van onze trip achter de rug hebben. Deze morgen onder een zware grijze hemel vertrokken met amper 8 of 9 graden. Samen met een jong koppeltje uit Gent de stad uitgereden. Zij bleken al 23 dagen onderweg, vanuit Belgie. We lieten ze al gauw achter om er ons eigen tempo in te houden. Het eerste halfuur bleef droog maar daarna ! Ik vermoed dat onze here hierboven niet erg onder de indruk was van de boetedoening van gisteren. De hemelsluizen gingen open en algauw kregen we allebei onderkoelde vingertoppen en doorweekte schoenen. En of dit niet genoeg was sprongen op een grintpad een drietal grote loebassen van honden om ons heen, alsof ze wisten dat we ons daar niet snel uit de voeten konden maken. Dit grindpad liep parallel met de snelweg en we kwamen bij zo'n "routier" waar vrachtwagenchauffeurs zich wassen en eten. Met fiets en al naar binnen en bij een schuit warme soep ontdooiden onze ledematen tot bruikbare toestand. Toen moet God gevonden hebben dat het welletjes was geweest. De rest van de dag was een spel om de sterkste tussen dreigende wolkenmassa's en regenbuien in de verte. We bleven droog voor de rest van de dag. Ik hoorde Marijke het lied "hoe sterk is de eenzame fietser" toen de regen plaats maakte voor wind. Kilometers zonder een enkele auto, en nu en dan kruisten we het pad van de pelerino's te voet, die in grote getale over de velden schuifelden, sommigen helemaal onder de modder. De vorige dagen reden we tussen wijngaarden en koolzaadvelden. Vandaag zaten we in de meseta, een tafelvormige hoogvlakte, waar vooral tarwe, rogge en vlas in immense partijen te zien waren. Onze enige metgezellen, de honderden leeuweriken en roofvogels op jacht in de kouters. Ons doel was vandaag zo dicht mogelijk bij 100km te eindigen, teneinde een beetje reserve op te bouwen voor de komende dagen. Het weer zou omslaan naar warm, en de komende dagen gaan we naar het moeilijke deel van de trip, de ruige Bierzo met veel steile hoogteverschillen. Morgen is Leon ons reisdoel, zo'n 100km. Wat mij opvalt is de vrije beschikbaarheid van Wifi in de meeste stadjes en dorpen, zelfs in de meest desolate dorpjes. ,hoewel in dit binnenland de tijd op sommige plaatsen een aantal decennia is blijven stilstaan. En nu ga ik op zoek naar iets stevig te eten om wat reserves aan op te bouwen. Groet van ons beide.

zaterdag 19 mei 2012

Dag 3 , 99km, een pelgrim moet afzien voor het goede doel

Deze nacht uit ons bed gedonderd!midden in de nacht barstte een stevig onweer los boven onze streek, met alles erop en eraan :bliksem, hagel, stortregen. In allerijl de was die voor het raam buiten hing te drogen binnen gehaald. Deze morgen onder een zware hemel vertrokken, in de hoop van droog te blijven. De eerste 40 km lukte dit ook, en de combinatie van groen en de dreigende onweerswolken leverde prachtige dramatische beelden op. De vochtigheid van de nacht kwam in slierten de heuvels naar beneden gegleden. Ik heb zelden zoveel variaties van groen gezien in een dag. Afhankelijk van de inval van de zon tussen de wolken door varieerde het groen van licht- tot hard donkergroen. We zien ook steeds vaker de ooievaars op hun kerktorennesten. Maar toen moet Sint-Jacob gedacht hebben dat bij een pelgrimstocht ook wat "afzien" bijhoort. Kort na de middag trok de hemel samen en werd een donkere dreigende massa. Ik hoorde op een bepaald moment geroffel die snel dichterbij kwam, en zag in de velden van pigmentos opeens mannen rennen alsof hun leven ervan afhing. We konden net op tijd onze regenbroek en vest uit de fietstassen ritsen voor de hemelsluizen opengingen. De rest van de dag werd het een spel van regenkledij aan- en uittrekken. Onder zo'n broek ga je bij klimwerk zweten alsof je in een sauna zit. Ik hoorde Marijke voor mij op een van die lange hellingen zeggen, en trap en trek, en trappen en trekken aan die pedalen. Gelukkig kon ze mijn lachje door gebrek aan meelij niet zien, tenslotte was het haar grote wens, deze hele onderneming. Net voor Burgos werd de boetedoening compleet. De temperatuur viel helemaal terug naar 10 graden, en een hagelbui hield ons scherp. In een ijltempo reden we door naar Burgos, een grote stad met een mooi historisch centrum, en met de bedoeling deze avond even de stad in te duiken. Bleek dat alle hostals en de albergue volledig volgeboekt waren, met of andere pelerinos of citytrippers. Hoe vreemd ook kan het toeval zijn ? Terwijl wij compleet richtingloos in de gietende regen de stad aan het doorkruisen zijn op zoek naar een verblijfplaats, bots ik op een nicht van Marijke, Martine, blijkbaar ook op de Camino onderweg voor een paar dagen. Uiteindelijk kregen we via de plaatselijke organisatie voor pelerinos, de keuze tussen overnachten in een sportzaal die speciaal voor de overboekingen was ingericht als nood slaapzaal, of een kleine hostal net op de grens van de stad. Een beetje onderkoeld en het vooruitzicht van een warme douche deed ons zwichten voor laatste ipv een accommodatie dichtbij het stadscentrum, en uiteindelijk vonden we in het café om de hoek tapas en bocadillos tussen de lokalen die geanimeerd naar een of andere footballcup aan het kijken waren. Ook weer een ervaring rijker. Jammer dat ik er máar niet in slaag om een paar foto's te plakken bij deze berichten. Maar dat zal voor na de trip zijn.


Dag 2, 95km, À la casa rural

Dag 2 : 95 km, à la  casa rural,  We hebben ons manier van ontbijten voor deze trip ontdekt. In plaats van het ontbijt te nemen in het hotel, gewoon even langs de weg bij een pastelleria, op een tafeltje buiten een croissant met café con leche. Terwijl we er zaten kwamen de lokale boeren hun vers gestoken asperges aan de man brengen op het lokale marktpleintje. Ze moeten het hard hebben, die mensen, een paar bakken schitterende dikke asperges, aan een prijs van 1,5 euro tot 3 euro per kilo, en wachten op klandizie die misschien zal komen. Vandaag stond hetzelfde fietsmenu op het programma : bergop, bergaf, in de Rioja, tussen de bodega's. We kwamen voorbij de bodega van onze favoriete tafelwijn, Olite, in Belgie geimporteerd via Thienpont, en afkomstig van een onbenullig dorpje in de Rioja. De dag begon erg somber en de meteo gaf grote kans op onweer, maar we werden gelukkig gespaard, en tegen de middag barak de hemel open, en werd het zalig warm fietsweer. Nog een meevaller, de wind in de rug, niet dat die ons vleugels gaf, maar hadden we die ook nog eens tegen gehad... De wind speelde een vreemd spel met de jonge nog groene korenvelden. Die deinden met golven op en neer, net  alsof het een zee was. 2 solitaire fietsers waren we ook vandaag, in een landschap met verre zichten, met "kopjes" zoals in Afrika. Dat zijnde harde restanten die niet weg geërodeerd zijn en boven het landschap uitsteken. Elk dorpje bevindt zich, wat raad je, boven op zo'n kopje. Dat was in de middeleeuwen gemakkelijker voor de verdediging, vandaag een prachtig gezicht, maar voor de fietser is dat telkens opnieuw een klein beetje doodgaan.  Vandaag waren er een paar klimmet(tjes) bij van 12 percent.  Met een slakkengangetje naar boven met die zware fietsen, maar als een pijl naar beneden nadien als beloning. De eerste ooievaars lieten zich zien, broedend op hun grote nesten op de kerktorens, met hun klepperende taaltje als gezang. Tegen 17u30 gaven ons beider benen aan dat het welletjes was geweest, en ik vond geen goede manier meer om me comfortabel te zetten vanwege eerste zadelpijn. Het dorp op dat moment bezat 2 accommodaties voor te logeren : een parador,dat zijn grote luxe hotels in oude kloosters, of een casa rural, een soort gasthuis maar dan zonder gastheer of gastvrouw, prive uitbating.Je krijgt een sleutel, met alle nodige accommodatie voor de nacht, badkamer en zelfs een keukentje. En het ontbijt wordt s morgens gebracht ! We waren blij dat we hier onze intrek konden nemen, nog eens 15km naar het volgende dorp was er teveel aan .


donderdag 17 mei 2012

Dag 1. Na bergop komt ook bergaf !

100 km kan tellen als kennismaking met de Camino per fiets. Deze morgen de fietsen "geladen"en om 9u30 vertrokken, gepakt en vooral gezakt. Was dat even schrikken. Meteen kregen we een helling voorgeschoteld van meerdere km, maar ook meerdere percenten, gemiddeld 7 tot 9 procent. Ik voelde na een kwartier fietsen een kleine golf van paniek. De 20 kg extra bagage ( wellicht veel te veel door onervarenheid) maakt een hemelsbreed verschil met de ritten die we bij ons in de Vlaamse Ardennen maken. Ik keek na een uurtje met een bang voorgevoel naar onze gemiddelde snelheid in de wetenschap dat we vandaag 80 km als doel hadden gesteld. 16km per uur, maar we waren nog fris in de benen, wat straks na 50 km ? De zon was gelukkig deze morgen meteen van de partij, dat scheelt! De ganse dag was een spel met zon en lichte wolken, maar vooral ook wind die van alle kanten kwam, voor, achter, zij links en zij rechts. Tegen de middag heb ik een lang gekende gouden regel van de fietser moeten ervaren : eten voor je honger krijgt, of je komt de kleine man met de hamer tegen. Recht gezét, en inderdaad na een korte middagpauze aan een barkruk voor "pelegrinos" met een stokbrood en beleg, kwam de fut al gauw terug. We waren in deze streek een kleine 10 jaar geleden, maar dan in putje zomer. Wat een verschil ! Toen oogde alles goudgeel van rijpe korenvelden, uitgedroogde grasvelden en immense zonnebloemvelden. Vandaag was het landschap vooral zeer jong groen, hier en daar onderbroken door citroengele koolzaadvelden. Het klimaat is hier duidelijk ook milder dan bij ons. Aardappelen, artisjok, sla is hier al volop in de groei. Vandaag ook meerdere enkelingen of een nieuw fenomeen, groepen pelerinos voorbij gereden, een enkele fietser ook. Fransen, Britten, en ook de nationaliteit van mijn nieuwe broodheer, Japanezen, goed herkenbaar aan hun camera in aanslag. We zijn intussen in de Rioja streek beland, en prettige anekdote onderweg, de route komt langs de achterkant van zo'n wijnhuis, een bodega, en speciaal voor de pelerinos is een Fuente de vino geplaatst. De dorstige pelerino kan hier gratis wijn drinken aan de kraan, zoveel hij wil, Maar van zodra hij een drinkbus of fles bovenhaalt stopt de kraan meteen. Een webcam houdt blijkbaar een oogje in het zeil. Was het nu die wijn of niet, maar tot onze grote verrassing fietsten we uiteindelijk 100km bij elkaar. En dat was een spel van bergop en bergaf. Hellingen van 7 tot 9 percent, een enkele keer 10,waren het voornaamste ingrediënt van de dag. En de stilte. Voor Spanje was dit vandaag een gewone werkdag, maar we zijn in veel dorpjes geweest waar je geen kat op straat zag, en ook enkel mussen, zwaluwen of een leeuwerik boven de velden verderop kon horen. Dit valt bijzonder op, wij kennen deze stilte niet meer, met dorpen in terminus, waar de hoofdstraat na 100 m uitloopt in een veldWegel, geen doorgaand verkeer. Menu del pelerino. Blijkbaar is de pelerino gekend als een lowbudget reiziger. Deze avond voor 11,5 euro een maaltijd voorgeschoteld gekregen met 3 gangen, wijn, water, brood inbegrepen, correct in kwaliteit voor de hongerige pelgrim. Mij viel vanavond op, dat we met deze voor ons nieuwe manier van reizen, meteen na 1 dag in echte vakantiesfeer waren. Geen afkicken maar volop genieten van de nochtans fysiek intense vakantie, en Carpe Diem !

woensdag 16 mei 2012

Dag -1

Om 5u30 vertrokken in Oudenaarde, en tegen 20u waren we in Pamplona. De rit door Frankrijk ging zodanig vlot dat we de tijd konden nemen om de oude route door de Pyreneeën te nemen via St-Jean Pied de Port over Roncevalles. Op die manier kwamen we voorbij het startpuntwaar vele stappers hun tocht aanvatten. Het was daar behoorlijk druk. We waren hier zoveel jaren geleden, en ik heb de indruk dat de Camino zoals deze weg ook genoemd wordt, langzamerhand vooral ook een toeristisch gegeven aan het worden is. Maar meteen als je weg bent van die knooppunten wordt het heel stil buiten. De stilte die we kennen van bergvakanties waar je een hond 3 km ver kan horen blaffen. Als het weer met zijn 23graden van vandaag de trend wordt voor de komende dagen, zit het goed, maar de kaarten zien er minder belovend uit.

maandag 14 mei 2012

Ook dat is vertrekken...

Wat een opa en straks ook een oma lijden mag...
Deze morgen Tibo naar school gebracht, en geprobreerd hem onderweg uit te leggen dat de komende dagen opa en oma er niet zullen zijn.
Dat ze op reis zijn met de fiets, waarop ik prompt de vraag kreeg, mag ik mee ? Met de krop in de keel hem aan de schoolpoort nog een kushandje toegeworpen. O, wat zullen we jullie missen, Tibo, Tijs, Seppe & Cato.
Fietsen krijgen straks een laatste inspectie.
In extremis dit weekend nog beslist om toch onze slaapzakken mee te nemen.
Mij lijkt de tocht nog zinvoller als je onderweg van aangeboden gastvrijheid gebruik maakt, en het is nog een beetje afstand van onze dagelijkse luxe.
Vanavond bagage check en alles vanavond inladen, want het is de bedoeling om morgenvroeg om 5u te vertrekken.  Zonder tegenslagen onderweg moeten we rond 20 u in Pamplona kunnen aankomen.
Ik heb in een hotelletje buiten de stad gereserveerd, met de bedoeling ook daar de auto te kunnen achterlaten de tijd dat we op weg zijn.

zondag 13 mei 2012

Bijna op weg

Eindelijk is het dan zo ver.
Woensdag reizen we met de wagen en onze fietsen naar Pamplona in Spanje.
Donderdag vertrekken we vandaar met onze fietsen voor een 10-daagse reis per fiets naar Santiago de Compostella, zo'n 800 km verder naar het westen.
Een eerste aanzet bijna 10 jaar geleden, met fragmenten van het traject te voet, heeft voor een hunkering gezorgd om dit intenser te beleven, opnieuw te doen, zo mogelijk het hele traject.
Vandaag nog actief aan het werk, ontbreekt ons de tijd om dit nu al waar te maken. We kozen voor een haalbaar traject in duur en afstand.
Het wordt een moderne pelgrimstocht.
Onze drijfveer is vooral de uitdaging om zo'n trip te ondernemen zonder al te veel voorbereiding en met een minimum aan bagage.
Vooral ook om even afstand te nemen van ons gewone dagelijkse bestaan.
Even terugvallen op onszelf, samen op weg en dingen ontdekken. 
Even de dingen van ons leven terug hun plaats bezorgen.
Met de hoop op verrassende ontmoetingen, om plaatsen te ontdekken op een traject waar al vele duizenden voor ons waren, en zonder twijfel hun stempel en indruk hebben achter gelaten.

Tom & Marijke